Je hoeft geen astroloog te zijn om visionair te zijn. Daarvan getuigt het nieuwe boek van hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans, getiteld ‘Omarm de chaos’ (Uitgeverij De Geus, november 2021. Zie ook www.janrotmans.nl. )
Mensen verlangen in deze tijd naar nieuwe perspectieven en inspirerende vergezichten. Daarom is dit boek een must voor wie nieuwsgierig is naar hoe de vele probleemgebieden van dit moment tot een oplossing kunnen komen. Jan Rotmans schreef het boek samen met journalist Mischa Verheijden, om de toegankelijkheid te vergroten. Het is a.h.w. Rotmans kroon op zijn werk, na meer dan 20 boeken en 200 publicaties.
Eerder schreef ik over astrologe Heather Ensworth. Volgens haar maken we een uiterst bijzondere periode op aarde mee, namelijk de overgangsperiode van het Vissentijdperk naar het Watermantijdperk (Zie Astrologisch perspectief I en II, blog 31 en 32.) Meermalen besprak Ensworth de rol van de planeet Pluto daarbij, die ons prikkelt en aanmoedigt wezenlijk te veranderen, te transformeren, om klaar te zijn voor het Watermantijdperk.
Wat is de boodschap van Jan Rotmans? Hij benadrukt eveneens dat we in een periode leven van noodzakelijke transformatie en noodzakelijke transities. Hij formuleert het zo: we leven niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperk. Hij analyseert tegen welke grenzen we aanlopen en hij doorgrondt de systeemcrises. . ‘We bevinden ons in een ingrijpende periode van overgang, een periode van chaos, waarin de eerste sporen van verandering echter al zichtbaar worden.’
Wie is Jan Rotmans? Iemand die doorziet waarom de crises zijn ontstaan, welke veranderingen ten goede er mogelijk zijn, en wat en wie daarvoor nodig zijn. Bovendien, is het belangrijk dat de mensen die het gaan doen ook zelf een wezenlijke verandering doormaken. Zijn stellige overtuiging is dat het aankomt op authentieke kracht van binnenuit bij iedereen die hier een rol in speelt en zal spelen.
In 1990 promoveerde Rotmans, als wiskundige, op het computermodel IMAGE dat aan de wieg stond van de voorspellingsscenario’s voor klimaatverandering. Al snel werd hij hoogleraar, eerst in Maastricht, later in Rotterdam. Zijn persoonlijke betrokkenheid bij de klimaatproblematiek werd steeds groter. In 2007 initieerde hij de Stichting Urgenda, een beweging voor innovatie en duurzaamheid. Zoals bekend, klaagde Urgenda de Nederlandse Staat aan vanwege falend beleid tegen de dreigende klimaatverandering.
Urgenda is een van de vele organisaties op het gebied van duurzame ontwikkeling die door zijn toedoen zijn ontstaan, in Nederland en internationaal. Leiders uit de politiek en uit het bedrijfsleven kloppen veelvuldig bij hem aan voor advies. Zijn bekendheid is door ‘Omarm de chaos’ de laatste tijd nog verder toegenomen.

Het is stimulerend en inspirerend te lezen over de ervaringen en inzichten van iemand die oplossingen ziet voor al die crises waarin de maatschappij verzeild is geraakt. Ze zijn heftig en ogenschijnlijk onoplosbaar. Rotmans zegt: die crises zijn nodig want we kunnen niet doorgaan op de oude voet. Ze luiden veranderingen in en zullen leiden tot transities die een volledig nieuwe maatschappij tot gevolg hebben.
Hij omschrijft een transitie als een evolutionaire revolutie, een stapsgewijze verandering, met uiteindelijk een radicale uitkomst. De tien transities die Rotmans onderscheidt zijn: de energietransitie, grondstoffentransitie, circulaire transitie, landbouw- en voedseltransitie, ruimtelijke transitie, financiële transitie, onderwijstransitie, zorgtransitie, sociale transitie en democratische transitie.
Jan Rotmans’ transitiemodel houdt in dat een bedrijf of sector – om compleet te veranderen – eerst een ‘voorontwikkelingsfase‘ doormaakt, dan in een kantelfase komt, vervolgens dient zich een versnelling aan en tenslotte treedt stabilisatie in.
Wat betreft ‘energie’ zitten we niet ver meer af van de kantelfase, schrijft hij, maar de circulaire transitie is bijvoorbeeld pas net begonnen. De circulaire transitie houdt in dat de economie moet gaan functioneren met behoud van alle gebruikte grondstoffen. Alle afgedankte producten worden dan gedemonteerd en weer teruggebracht tot de grondstoffen waaruit het product was samengesteld.
Een lang hoofdstuk gaat over de ruimtelijke transitie: hoe zal Nederland – vanwege de verwachte zeespiegelstijging – er over 100 jaar uitzien? Wat moet in werking gezet worden om Nederland leefbaar te houden? Rotmans geeft alvast een rijk geïllustreerde voorzet, over ideeën die hij samen met een ontwerp- en architectenbureau heeft ontwikkeld. Warm aanbevolen!
Het laatste hoofdstuk gaat over die andere noodzakelijke transitie: die van de mens zelf. Jan Rotmans: “De grootste uitdaging van alle transities waar we voor staan schuilt daarom in de mentale schaalsprong. Meer nog dan in technologie, politie of instituties zit het in ons brein en hart. Het begint en eindigt bij jezelf.” (p. 285.)