Meer over HARA (24)

In blog 23 gaf ik het van oorsprong Japanse begrip HARA een theoretisch kader. In dit blog gaat het over de praktijk. Wat betekent HARA oefenen voor mij? Hoewel mijn lichaam niet toestaat de oefeningen perfect te doen, helpen ze mij toch een diepe rust te ervaren.

Hara oefenen doe je vooral in stand, schrijft Karlfried von Dürckheim in zijn boek ‘HARA : Het dragende midden van de mens’. Een voor ons nogal ongewone stand: voeten zo’n 90 centimeter uit elkaar en knieën recht erboven. Om je ‘toe te vertrouwen aan de aarde’, zak je – naar vermogen – door de knieën en zoek je een balans. Dit vraagt kracht van je beenspieren.

Tegelijkertijd ontspan je in de schouders, wat o.a. lukt door je handen in de zij te zetten. Die balans houd je alleen vol, als je bovenlichaam een loodrechte houding aanneemt. Wonderlijk genoeg, als je dat doet, komt er als vanzelf rust en ontspanning in je onderbuik – het Hara-gebied. En tegelijk ook in je bekkenbodem en rond het middenrif. Met het weldadige resultaat van meer kracht in de bekkenbodemspieren en een soepeler ademhaling.

Tijdens het oefenen komt er, door de autonome ademhaling, ruimte om de aandacht van het hoofd en het hart, te laten zakken naar het tan tien, het centrum van Hara. Die gefocuste aandacht voert naar prettige emoties, bezonnen denken en fysiek welbehagen. Na afloop van het oefenen voel je meer kracht in de achter-bovenbenen en strekt zich je rug!  Overigens, wanneer het mij niet lukt te staan, oefen ik zittend, terwijl ik de krachtige Hara-houding visualiseer.

Hara oefenhoudingen

Dit oefenen heeft meerdere effecten. In het algemeen wordt de intensiteit van je belevenissen sterker. Sowieso word je gevoeliger in je lijf. Ook buiten de oefentijden is de kans groot dat je je meer bewust wordt van ‘de grens tussen je fysieke lichaam en je omgeving’: wat is ín je lichaam, wat is buíten je lichaam, en wat is de verbinding daartussen?

Het kan plezierig zijn om te oefenen voor een grote spiegel en zo te zien wat de Hara-houding met je doet. Zeker als je Hara praktiseert volgens de aanwijzingen van Barbara Ann Brennan, zoals beschreven in haar boek ‘Bronnen van Licht’ (Altamira Becht 1994).

Het een na laatste hoofdstuk van dit boek wijdt Brennan aan specifieke aspecten van Hara. Zij zegt b.v. ‘de energie van de Hara-lijn bevindt zich op een nog subtieler niveau dan de aura.’ Voor haar is Hara onderdeel van een denkbeeldige, loodrechte energielijn door je lichaam. Die lijn verbindt de energie van jouw essentie –> naar boven met de kosmos en –> naar beneden met de aarde.

Volgens Brennan heeft de Hara-lijn tevens te maken met ‘intentionaliteit’: ‘wat is de diepste invulling die je aan je leven kunt geven?’ Heb je daar weet van, voeling mee?
‘Net zoals ons auraveld een specifieke, rechtstreekse correspondentie heeft met onze gedachten en gevoelens, correspondeert iedere verandering in onze intentionaliteit met een verschuiving in de positie en afstemming van onze Haralijn.’

Als healer onderzocht Barbara Brennan hoe ze cliënten dichter bij zichzelf kon brengen door hun Hara-lijn te healen. Spirituele mensen kunnen zélf voeling krijgen met hun Hara-gebied en met hun intentionaliteit … Je bewust worden van de voor jou bedoelde levensweg, dát is waar het om gaat!

De kracht van HARA (23)

In het vorige blog, over De tijdgeest, ging het om het spanningsveld tussen de openlijke, harde krachten en de verborgen, zachte krachten, waarmee we momenteel in de samenleving te maken hebben. Vervolgens dacht ik, hoe ga je daar dan het beste mee om, met die spanning? Hoe reageer je als goedwillend mens óp die tijdgeest? Want zo makkelijk is dat niet: voor je het weet word je meegetrokken in de polarisatie, op welk gebied dan ook.

Hoe houd je afstand, zodat je je niet mee láát trekken, en hoe houd je toch je blik scherp? Hoe voorkom je toe te geven aan egokrachten, waardoor echte levenslust en creativiteit vervolgens ver te zoeken zouden zijn?

Toen ik deze indringende vragen aan mijzelf stelde, kwam het begrip Hara als vanzelf naar boven. Jaren geleden las ik van Karlfried Graf von Dürckheim, ‘HARA : Het dragende midden van de mens’. (Uit het Duits vertaald. Eerste druk 1961. De zevende druk is in 2012 in een nieuwe bewerking verschenen, bij Ankh Hermes. Nu beter leesbaar: de taal is meer toegesneden op de huidige tijd.)

Von Dürckheim beschrijft HARA als een eeuwenoud begrip, dat niettemin tamelijk onbekend is in de westerse wereld. Het begrip is van oorsprong Japans. Het betekent ‘onderbuik’. Wanneer je geworteld bent in je onderbuik, het zwaartegebied van je lichaam, sta je anders in het leven. Voor het specifieke zwaartepunt – zo’n drie centimeter onder de navel en drie centimeter naar binnen – bestaat ook de Chinese term ‘tan tien’. Wanneer je tai chi of chi qong beoefent, leer je daarmee te werken.

Voordat ik iets meer vertel over het (be)oefenen van Hara, eerst een ‘disclaimer’. Ook als ik het van harte aanbeveel, omdat ik de waarde voel van ‘instappen in het Hara-proces’, betekent dat niet dat je als lezer direct dezelfde ervaring zult krijgen. Elk mens kan met Hara bezig zijn, maar altijd als onderdeel van het eigen proces.

De dame Henoetnachtoe, Egypte, omstreeks 1300 v. C.

De grondvoorwaarden om aan het werk te gaan met Hara zijn, volgens Dürckheim, “innerlijke nood, het gericht zijn op de innerlijke weg, een volkomen toewijding en het vermogen om te zwijgen – dit alles overkoepeld door het zich neigen naar het goddelijke … “. Je kunt je ook richten op de kosmos, het universum, tao of de bron.

Als uitgangspunten voor Hara-beoefening noemt hij: “de juiste  houding, de juiste ademhaling en de juiste verhouding van spannen en ontspannen”.

  • Bij de juiste houding zoek je elke keer weer, in stand of zit, lopend of slapend, naar het dynamische evenwicht dat je gaat voelen wanneer je je bewust wordt van je Hara zwaartegebied. Hóe je dat kunt doen, wordt duidelijk beschreven in het boek.
  • Bij de juiste ademhaling gaat het erom  deze zich vanzelf te láten voltrekken, zodat verkrampingen verdwijnen en het middenrif leidend wordt bij een adem die zichzelf stuurt.
  • De juiste verhouding van spanning en ontspanning, laat zich als volgt beschrijven.
  • Enerzijds gebruik je fysieke spanning om – van binnenuit – het gebied van je onderbuik “op en in de aarde neer te laten”. Daarvoor is nodig dat je durft te  vertrouwen op het onbekende en op je onderbewuste.
  • Anderzijds – door het ontspannen en  “loslaten van je schouders” – leer je te vertrouwen op je bovenbewuste. Je gaat je thuis voelen in je hoger zelf en gaat langzamerhand ervaren wat het is “te neigen naar de kosmos”.

Dit heeft als plezierig neveneffect dat je ego zich minder op de voorgrond dringt. HARA geeft je de kracht om koers te houden in deze roerige tijd.